Een burn-out heb je niet zomaar. Ik schreef er al eerder over. Officieel heb je pas een burn-out als je langer dan 6 maanden overspannen bent én vooral het gevoel hebt dat je doodop bent van vermoeidheid.
Volgens psychologen Herbert Freudenberger en Gail North, die hierover al in 1985 schreven in hun boek ‘Women’s Burnout: For the Woman Who’s Made Commitments to Everyone But Herself.’ gaan er 11 fasen vooraf aan de uiteindelijke 12e fase waarin je in een burn-out bent belandt.
Hoewel het oorspronkelijke onderzoek gebaseerd was op vrouwen die in de zorg werkten, blijken de 11 fasen breder herkenbaar. Jij zou ze ook kunnen gebruiken om te bepalen of je zelf misschien een burn-out ontwikkelt. Je hoeft niet alle fases in opvolgende volgorde te herkennen. Denk bij de fasen niet alleen aan je werksituatie, maar ook aan je privé situatie.
Op dit moment heeft één op de 7 werknemers last van stress- of overspannenheidsklachten. Werkstress blijkt niet meer weg te denken uit de huidige maatschappij. Afgelopen week nog luidde de ArboUnie de noodklok en gaf aan dat zij een toekomst voorzien waarbij een kwart van de werkenden uit zal vallen door stress. Toch komt de echte burn-out vaak als een verrassing voor hen die het overkomt.
Door te kijken of je een aantal van de 11 fasen herkent kun jij misschien de verrassing voorkomen. Mocht je fasen herkennen, dan is het zaak om zo snel mogelijk actie te ondernemen. Je bent namelijk roofbouw aan het plegen op je lichaam én je mentale conditie zal ook verder verslechteren als je niks doet. Snelle hulp helpt bij snel herstel!
Je vindt het belangrijk jezelf te bewijzen. Het zo goed mogelijk doen, graag willen dat anderen (partner, werkgever) trots op je zijn is een belangrijke innerlijke motivator van je.
Je bevind je in een omgeving waar de bewijsdrang gevoed wordt. Er ligt een (on)uitgesproken uitnodiging om zo hard mogelijk te werken. Stoppen is lastig en meer en meer verantwoordelijkheden op je nemen wordt gewaardeerd.
Het werk wordt echt prioriteit nummer één. Andere belangrijke behoeften, zoals afspreken met vrienden, sporten, regelmatig en gezond eten en voldoende slapen, worden genegeerd.
Je verdringt de onrust en het onbehagen in jezelf. Ergens voel je je bijvoorbeeld bedreigd, opgejaagd, paniekerig, maar dit stop je weg. Dit wegstoppen zorgt ervoor dat je bijvoorbeeld nog slechter slaapt en nerveuzer wordt.
Waar je in stap 4 negeerde dat je andere behoeften hebt, is hier sprake van een kanteling van waarden. Je denkt ook daadwerkelijk dat andere dingen niet zo belangrijk zijn. Daardoor ga je sporten, vrienden, familie, etc. negeren. Werk staat op de eerste plaats.
Je ziet wel dat er problemen ontstaan, maar je rekent die nooit jezelf toe. De problemen liggen aan de werkdruk, aan luie collega’s, aan gebrek van discipline bij hen, etc. Je wordt hard en cynisch in hoe je je uit.
Je trekt je terug uit je sociale omgeving. Er is nauwelijks contact met vrienden en familie en ook je collega’s zoeken je niet meer op. Je bent geen aangenaam gezelschap meer. Gevolg kan zijn dat je je toevlucht neemt tot drank of middelen om een naar gevoel te dempen.
Je vertoont een gedragsverandering die waarover vrienden en familie zich zorgen gaan maken. Die herkennen je niet meer. Je bent hard, cynisch en afwerend geworden.
Je vindt jezelf waardeloos net zoals je anderen waardeloos vindt. Je presteert slecht op je werk en voelt niet goed meer.
Van binnen voel je je leeg. Om dit rotgevoel te dempen neem je je toevlucht tot bijvoorbeeld alcohol, drugs of bijvoorbeeld overmatig sporten en veelvuldig sexueel contact.
Je voelt je compleet uitgeput en onzeker. Sombere of depressieve gevoelens nemen de overhand. Je ziet ook geen toekomst voor je.
De laatste fase. Je bent ‘op’. Zowel mentaal als fysiek heb je niks meer over.
Deze fasen kunnen je helpen om te herkennen of je richting een burn-out of overspannenheid gaat. Omdat we tegenwoordig zoveel meer weten over wat er ook lichamelijk gebeurt bij overspannen of burn-out worden is het ook interessant om je daar wat in te verdiepen. Biologisch gezien zijn we gewoon zoogdieren, uitgerust met een fysiek systeem om om te gaan met stressvolle situaties. Heel in het kort betekent dat dat allerlei signalen allereerst bij onze reptielenbrein terechtkomen, dat een eerste inschatting maakt of er gevaar is. Daarop laat het alvast stresshormonen los, die ons lichaam in staat moeten stellen om het gevaar te lijf te gaan of te ontvluchten. Pas iets later wordt dat eerste signaaltje geëvalueerd door onze prefontale cortex, die ons vervolgens vertelt dat er niks aan de hand is.
De stresshormonen zijn echter al losgelaten en het duurt zo’n twee dagen voordat je systeem weer de nulstand heeft bereikt. Als je binnen die twee dagen weer een stressituatie meemaakt begint het hele feest opnieuw, maar dan heb je ook nog wat stresshormonen in je lichaam, dus het effect is net wat groter. Je kunt je voorstellen dat het een uitputtingsslag is voor je lichaam..
En realiseer je vooral dat het systeem wat ingesteld is op leven en dood-situaties nu geactiveerd wordt als:
Dan besef je misschien ook hoe belangrijk het is om over een goed systeem te beschikken waarmee je stress kunt reguleren. En hoe belangrijk het is om het niet te lang te laten doorgaan. Zonder ingrijpen gaat het van kwaad tot erger.
Mijn aanpak als coach richt zich altijd op twee kanten:
Neem contact op als je eens wilt overleggen wat ik voor je kan betekenen.
Verlatingsangst kan heel erg je gevoel, je vertrouwen en je handelen in je liefdesrelatie beïnvloeden.…
Als je bekend bent met je eigen vermijdende hechtingsstijl en deze tegenkomt in je relaties,…
De TRB vragenlijst uit EFT Relatietherapie is een instrument om te kijken op welke vlakken…
In dit artikel meer dan 50 vragen die je kunt gebruiken om te reflecteren over…
Scott R. Woolley bedacht een symbool dat heel duidelijk laat zien hoe partners op elkaar…
Parentificatie is het gegeven dat je als kind soms een ouderrol op je neemt. Deze…